20 juli 2017
In de Fred. Roeskestraat in Zuid wordt deze maand De Fred opgeleverd, een woonenclave met als thema urban chic. Brede appartementen en ruime balkons rondom een riante binnentuin.
Misschien tot zijn eigen verbazing is de Fred. Roeskestraat in krap vijf jaar uitgegroeid van een onbeduidende, anonieme straat in Zuid tot een belangrijke schakel tussen de Zuidas en het Schinkelgebied.
Natuurlijk, het Geert Groote College en het uitvaartcentrum stonden er al, maar daar zijn de afgelopen jaren het Sandberg Instituut, het kantoor van Loyens & Loeff, de tijdelijke rechtbank en nieuwe kantoren bijgekomen. Nu heeft De Fred het laatste gat opgevuld: een mediterraan wooncomplex van de hand van Dam & Partners.
Dat is allang niet meer de societyarchitect Cees maar diens zoon Diederik. De metamorfose van de Fred. Roeskestraat is een voorbode van wat dit deel van Amsterdam te wachten staat. Als het aan het college ligt strekt de Zuidas zijn tentakels uit in westelijke richting, de Kostverlorenvaart over.
Het Burgerweeshuis van Aldo van Eyck is bezig met zijn zoveelste verbouwing en ertegenover verrijst het Olympic Hotel. De bewoners van De Fred – en die van andere appartementen – moeten zich voorbereiden. De hijskranen en het bouwverkeer zijn voorlopig hun deel.
Met zo’n overdaad aan luxe zijn we in Amsterdam nog niet lang vertrouwd.
Marmer en messing
De Fred is dankzij zijn beige gevelbekleding en balkons met glazen balustrades in alle opzichten mediterraan. De zon hoeft maar even te schijnen of de gevel licht op. Daardoor heeft het complex met zijn 110 huurappartementen (vanaf 1200 euro; 90 vierkante meter kost 2450 per maand) en 67 koopappartementen een zekere lichtheid – je kunt je hier alle vormen van joie de vivre voorstellen of dolce far niente als er niet toevallig ook gewerkt moet worden.
De architect Diederik Dam noemt zijn schepping urban chic vanwege de breed uitwaaierende schuiframen en de bronskleurige aluminium kozijnen. Dat is grappig: lang werd dat materiaal geassocieerd met duffe kantoren in bijvoorbeeld Nieuwegein. Alles keert terug, zelfs grintbeton (alleen niet in De Fred).
Met zo’n overdaad aan luxe zijn we in Amsterdam nog niet lang vertrouwd. Groter kan het contrast met de sociale woningbouw met zijn trespa platen niet zijn, maar De Fred staat dan ook niet in de Dapperbuurt.
Het bureau Dam heeft altijd al een zekere hang naar showy architectuur gehad, wat drie decennia terug niet altijd op instemming kon rekenen. De Stopera was posh, het Damcenter naast de Bijenkorf opdringerig – het veelvuldig gebruik van marmer of koper/messing ging voor een doe-maar-gewoonstad een tikkeltje te ver. De crisis is voorbij en kennelijk zijn nu alle trossen losgegooid.
Resort
Levert dat vervelende, ergerniswekkende gebouwen op? Toevallig staan er twee Dam-scheppingen op loopafstand van elkaar, het complex op het Stadionplein en De Fred dus. Wat ze gemeen hebben, is een strakke frivoliteit: een zakelijke basisvorm die doorbroken wordt met de dingen die het leven leuk maken zoals balkons, dak- en binnentuinen.
Dat de bewoners als eerste een barbecue hebben geïnstalleerd is veelbetekenend. Het resultaat bij De Fred heeft daardoor iets weg van een glamping annex resort. Glamping zijn kant-en-klaar ingerichte tenten voor de welgestelden die graag kamperen zonder de bijbehorende ongemakken.
Een resort, ooit een vluchtheuvel voor de happy few, is tegenwoordig het domein voor de middenklasse die wil ontspannen met een eindeloze bar en kinderloze zwembaden. Schreeuwende kinderen zien we in de binnentuin van De Fred niet rondlopen, want die is zo voorbeeldig ingericht dat de vijver zou gaan rimpelen en de hedera zou schrikken.
Een royaal minipark is het aantrekkelijke uitzicht voor de bewoners dankzij een langwerpige perspectivische vijver en zitelementen boven de ontluchtingsroosters van de parkeergarage.
Kroonluchter
Dit is dus duidelijk vormgegeven natuur. De klimopkoordjes langs de gevels zijn bij de huurprijs inbegrepen. Nee, we hebben hier niet te maken met megablock nummer zoveel. Dat moge ook blijken uit de marmeren entree waar een moderne kroonluchter als een slang onder het plafond kruipt.
Een bewoner die hier een paraplustandaard denkt te plaatsen, zal een reprimande van de vve krijgen. Wen er maar aan, deze luxe – in dat opzicht zijn prijs en uitvoering nog peulenschillen vergeleken bij equivalenten in Parijs of Londen.
Want de Amsterdamse werkelijkheid is dat de omgeving een steeg verwijderd is, aan de rechterkant het organisch gebouwde Geert Groote, aan de linkerkant de barakken van de internationale school.
Dat de kavel van De Fred tot op de centimeter is benut, relativeert weer de urban chic die Dam voor ogen stond. Breed uitpakken heeft in Nederland een grens.
Bron: Parool